Brede ondersteuning en SPUK

Hieronder vindt u antwoorden op een aantal veelgestelde vragen over de brede ondersteuning en SPUK.

Alle aangemelde ouders, gedupeerde kinderen en hun gezinnen hebben recht op hulp via de brede ondersteuning.

  • Maatwerk is wat wij leveren. Daarom is het belangrijk dat in vertrouwen gelijkwaardige gesprekken plaatsvinden tussen u en de medewerker van het hulpteam. Er wordt gekeken wat precies nodig is om een nieuwe start te maken. De gemeente helpt daarbij ruimhartig en in alle redelijkheid.
  • Welke hulp het meest passend is en wordt gegeven, bespreekt u met de gemeente. Er wordt samen gekeken naar wat mogelijk is.
  • De hulp wordt altijd gegeven op basis van een plan van aanpak. Daarin staan de afspraken die u samen met de gemeente hebt gemaakt over de hulp die u nodig hebt.
  • Om de doelen uit het plan van aanpak te halen, kan de gemeende ondersteunend daaraan spullen of middelen verstrekken.
  • Het geld dat u/je vanuit UHT hebt gehad als compensatie of als schadebedrag, speelt nooit een rol bij het bepalen van welke hulp er nodig is voor een nieuwe start.
  • Blijkt na toetsing door UHT dat u volgens hen niet gedupeerd bent? Dan houdt de hulp in het plan van aanpak één maand na ontvangst van de eindbeschikking van UHT op. We kijken in die maand samen of we u/je op een andere manier – via het reguliere hulptraject van de gemeente – kunnen helpen.

Veel ouders en kinderen denken dat zij recht hebben op geld of spullen van de gemeente. Sommigen denken dat gemeenten vanuit de SPUK een vast bedrag per ouder beschikbaar hebben. Of dat iedereen altijd precies hetzelfde krijgt. Dat klopt niet. Gemeenten leveren maatwerk, daarom kan de hulp van bijvoorbeeld de buren of lotgenoten uit andere gemeenten anders zijn.

Dit zorgt soms voor verwarring, teleurstelling of boosheid. Maar we kijken per ouder of kind naar uw/jouw persoonlijke situatie en wat nodig is om een nieuwe start te maken.

Als het nodig is om ondersteunende middelen aan te schaffen om de doelstellingen uit het plan te kunnen behalen, is SPUK een middel om dat mogelijk te maken.

De SPUK is een specifieke uitkering. Via de SPUK kunnen gemeenten geld aanvragen om beleid uit te voeren. Het geld van de SPUK kan niet direct aan gedupeerde ouders/gezinnen worden gegeven. Het wordt wel gebruikt om de brede ondersteuning op te zetten. Met deze ondersteuning worden de (mogelijk) gedupeerde ouder(s) en hun gezin geholpen. De SPUK wordt niet gebruikt om te beslissen welke hulp en brede ondersteuning gedupeerde ouders/kinderen (kunnen) krijgen.

De SPUK speelt geen rol bij het bepalen van de hulp die u of uw gezin nodig hebben. Dat bespreekt u samen met de gemeente. Wat nodig is om een nieuwe start te maken, staat daarbij centraal.

In sommige situaties is het nodig om bij te springen met spullen. Dan gebeurt dat. Maar dit is geen standaard recht waarop je je als ouder kunt beroepen.

Wanneer u hulp en ondersteuning vraagt aan uw gemeente, volgt een gesprek met het Hulpteam. Hierin wordt de ondersteuningsvraag besproken. Per leefgebied wordt gekeken wat voor ouder en kind en hun gezin nodig is voor het maken van een nieuwe start. Ieder situatie is anders en daarom kijken we per persoon of gezin wat nodig is.

Het kan zijn dat u binnen de brede ondersteuning ook middelen krijgt of mogelijkheden krijgt om middelen aan te schaffen. Dit kan alleen als dit in het plan van aanpak is opgeschreven. Er is altijd een motivatie nodig. Het recht op brede ondersteuning is niet hetzelfde als een recht op middelen.

De gemeente ondersteunt ouders en gezinnen bij 5 leefgebieden:

  1. Wonen: het hebben van een veilige en betaalbare plek om te wonen.
  2. Financiën: een financieel gezonde huishouding kunnen voeren.
  3. Gezin: samenleven en opgroeien in een veilige omgeving waarbinnen kinderen zich kunnen ontwikkelen.
  4. Zorg: welzijn ervaren vanuit lichamelijke en geestelijke gezondheid.
  5. Werk: kunnen deelnemen aan een arbeidsproces met minimaal de beschikking over een startkwalificatie.
Hoe komt ondersteuning tot stand?

Iedere ouder en elk gezin of ieder kind (indien dat ook voor brede ondersteuning in aanmerking komt) krijgt een vaste contactpersoon uit het team. Samen met ouders en kinderen stelt deze een ondersteuningsplan op. Hierin is opgeschreven wat er binnen de 5 leefgebieden nodig is en wat daarover is afgesproken. Iedere situatie is anders en daarom kijken we per persoon/gezin wat nodig is. Hier maken we een plan voor. Om duidelijkheid te bieden hebben we als hulpteam een aantal afspraken met de gemeente gemaakt over hoe ver onze ondersteuning in principe gaat.

Waarom is er een beleidskader nodig?

We willen richting ouders (en kinderen in voorkomende gevallen) helder zijn over de kaders die wij gebruiken voor het bepalen van de hulp en ondersteuning die wij bieden. Dit geeft hen meer duidelijkheid over wat zij van het hulpteam mogen verwachten en wat er niet binnen de mogelijkheden van het hulpteam ligt. Daarom hebben we met de gemeenten een aantal afspraken gemaakt die deze duidelijkheid bieden. De kaders zijn niet bedoeld om alles vooraf dicht te regelen. Juist vanwege de achtergrond van toeslagenaffaire blijft er altijd ruimte voor maatwerk wanneer dat noodzakelijk is, zoals wanneer ouders dreigen tussen wal en schip te vallen.

Wat wordt niet vergoed?

De volgende zaken worden niet vergoed vanuit de brede ondersteuning:

  1. Verkeersboetes
  2. Cosmetische ingrepen
  3. Auto- en motorvoertuigen
  4. Verbouwingen en/of aanpassingen aan de woning/tuin
  5. Energiekosten
  6. Vakanties
  7. Nieuw gemaakte schulden na 1 juni 2021
  8. Kosten die nodig zijn na onvoorziene gebeurtenissen (bijvoorbeeld schade door weersomstandigheden, lekkages e.d.)
  9. Sportabonnementen
  10. Luxegoederen (denk aan iPad, smartwatches, spelcomputers, elektrische steps, smartphones, tuinsets)
  11. Wmo-voorzieningen en Jeugdarrangementen obv. Jeugdwet

Wat wordt wel vergoed?

We vergoeden kosten die nodig zijn vanaf het moment van de hulpvraag bij de gemeente.

  • De Wet hersteloperatie zegt dat alleen voorzieningen worden verstrekt of vergoed die na vaststelling van de hulpvraag noodzakelijk geacht worden. Noodzakelijk betekent dat zij nodig zijn voor het maken van de nieuwe start van ouder(s) of hun kinderen, en binnen de wettelijke kaders vallen.
  • De Wet hersteloperatie die de brede ondersteuning regelt gaat terug tot 26 januari 2021. Vanaf dat moment mochten gemeente brede ondersteuning bieden aan gedupeerde ouders en kinderen. Kosten/voorzieningen die eerder dan deze datum zijn gemaakt komen ook niet voor vergoeding in aanmerking.
Goederen, voorzieningen en diensten worden één keer vergoed
  • De gemeente vergoedt de kosten voor goederen en/of diensten éénmalig.
  • Aanvragen voor goederen en/ of diensten die al eerder bij de brede ondersteuning zijn uitgekeerd worden niet een tweede keer vervangen, vernieuwd of vergoed. Hier kan een uitzondering op worden gemaakt als er overeenstemming is dat hiervoor maatwerk nodig is.
Vergoeding is één maand geldig
  • Wanneer diensten of goederen worden vergoed vanuit de brede ondersteuning dan dient de aanvrager uiterlijk binnen één maand na ontvangst van de betaling de bijbehorende facturen/rekeningen/bonnetjes in te dienen bij de medewerker van het hulpteam.
  • Wordt niet aan deze termijn voldaan, dan kan de gemeente het bedrag terugvorderen, tenzij maatwerk noodzakelijk is.

Voorwaarden en hoogte vergoeding voor spullen, gebruikersgoederen en witgoed

Alleen wanneer het voor het bereiken van een van de gestelde doelen uit het plan van aanpak noodzakelijk is om bepaalde materiële kosten/voorzieningen te vergoeden zal dit worden toegekend. Wanneer dit enkel gewenst is maar niet noodzakelijk dan valt het gevraagde goed/voorziening niet onder de brede ondersteuning.

  • De minimale en maximale bedragen voor goederen/ voorzieningen worden gebaseerd op Nibud norm + 40 procent.

Nee, met terugwerkende kracht worden er geen al gemaakte kosten vergoed. Dit wil zeggen dat als u met eigen middelen of de ‘catshuisregeling’ zelf spullen voor in huis heeft gekocht (of andere kosten heeft gemaakt), dit niet door de gemeente aan u terugbetaald wordt.

Het hulpteam kijkt naar wat er op het moment van de hulpvraag nodig is om het leven weer op te kunnen pakken. Daarvoor wordt een plan gemaakt. Als het plan is uitgevoerd en de situatie is stabiel is de hulpvraag klaar.